Begin met typen
  • Home
  • Over ECG
    • ECG in het kort
    • Certificaten
    • CO2- Prestatieladder
    • Vacatures
  • Diensten
    • Vooronderzoek
    • Risicoanalyse
    • Detectie
    • Benaderen en Veiligstellen
    • Vliegtuigberging
  • Nieuws
  • Projecten
  • FAQ
  • Contact
logo logo
  • call us 0031-24-6452409
  • Home
  • Over ECG
    • ECG in het kort
    • Certificaten
    • CO2- Prestatieladder
    • Vacatures
  • Diensten
    • Vooronderzoek
    • Risicoanalyse
    • Detectie
    • Benaderen en Veiligstellen
    • Vliegtuigberging
  • Nieuws
  • Projecten
  • FAQ
  • Contact
20 sep 2019|Projecten
Posted by Dennis Lodewijk

ECG gaat samen op met archeologie in Empel

In opdracht van archeologisch onderzoeksbureau BAAC BV voert ECG momenteel opsporingswerkzaamheden uit in de plaats Empel. Op deze locatie is zowel een verhoogde kans op het aantreffen van archeologisch waardevolle resten, als ook een risico op het aantreffen van achtergebleven munitieartikelen. Zaak dus om extra voorzichtig te werk te gaan! De bodem wordt laagsgewijs en onder toeziend oog van zowel een archeologisch team als een team van explosievendeskundigen onderzocht, en wel op zo’n manier dat er enerzijds geen waardevolle, historische overblijfselen beschadigd raken en anderzijds geen veiligheidsrisico gelopen wordt.

 

Lees meer
17 sep 2019|ECGProjecten
Posted by Dennis Lodewijk

Het opgraven van een RAF-toestel uit de Tweede Wereldoorlog gaat van start

Een in de Tweede Wereldoorlog neergestort RAF-toestel, wordt vanaf vandaag opgegraven in Limburg. Het is het eerste in een reeks wrakken met vermiste vliegers.

Projectleider Coen Cornelissen van de Explosive Clearance Group (ECG) treft sinds twee weken met zijn team voorbereidingen voor de berging van een Engelse bommenwerper. De Short Stirling W7630 MG-M crashte in de Tweede Wereldoorlog in een weiland bij het stadje Echt. “Maandag 16 september 2019 gaan we eindelijk echt de diepte in”, zegt hij. “Het voelt toch een beetje als het openslaan van een spannend jongensboek, want we weten natuurlijk niet precies wat we gaan aantreffen.”

Tijdens de terugvlucht uit Düsseldorf belandde het kapotgeschoten toestel in september 1942 in dit veld, eigendom van een abdij. Twee militairen wisten met een parachute te ontkomen, een van de vliegers overleefde de oorlog. Twee anderen werden dood gevonden en zijn direct begraven. De vier overige inzittenden zijn vermist en zij worden dus waarschijnlijk in de komende weken na bijna tachtig jaar opgegraven.

Ruim 5500 vliegtuigen zijn op Nederlandse bodem neergestort tijdens de Tweede Wereldoorlog. De inschatting is dat zich in zo’n 400 van die toestellen nog stoffelijke resten bevinden, volgens de studiegroep Luchtoorlog 1939-1945, die onderzoek doet naar wrakken. Er zijn zo’n 30 tot 50 zogenoemde kansrijke bergingen, volgens deze studiegroep. Daarop volgde in 2018 een voorstel van ChristenUnie, VVD en CDA voor een nationaal bergingsprogramma, dat het gemeenten gemakkelijker moet maken om bergingen uit te voeren. Het kabinet nam het over en vergoedt nu bijna alle kosten – er is 15 miljoen euro voor vrijgemaakt. De berging in de gemeente Echt-Susteren is de eerste.

ECG Air Branch, gespecialiseerd in het bergen van vliegtuigwrakken, is ingehuurd om de Koninklijke Luchtmacht te helpen graven, zeven en zuiveren van de vaak vervuilde grond bij het zoeken naar stoffelijke resten, munitie en vliegtuigdelen.

Bommen

In Limburg is een terrein van twee hectare afgezet, het wrak ligt naar verwachting zo’n vier meter onder de grond. “We hebben met detectieapparatuur de bodem in kaart gebracht en zien op veel plaatsen dat er iets ligt en op één plaats dat er heel veel ligt. Dat is vermoedelijk de crashplek”, vertelt Cornelissen. Hij verwacht niet dat er veel grote wrakstukken worden gevonden. “Met honderden kilometer per uur stortte het neer, dat slaat een diep gat en laat weinig heel.”

Luchtmachtmajoor Bart Aalberts leidt de hele operatie in Echt-Susteren, waarmee zo’n vijftien specialisten de komende weken bezig zijn, onder wie militairen van de bergingsdienst van de luchtmacht, de explosieve opruimingsdienst van Defensie en de Bergings- en Identificatiedienst van de landmacht. “We weten ook nog niet zeker of er bommen liggen”, vertelt Aalberts. “Als we die aantreffen zullen we die natuurlijk onschadelijk maken.”

‘Hij gaf zijn leven maar ligt daar nu nog’

Sergeant Maurice Pepper zat in het toestel dat in 1941 in Limburg is gecrasht. Hij was de oom van Rebecca Dutton (66) uit Stratford-upon-Avon, Engeland. “Hij was een broer van mijn moeder. Ik ben van 1953 en heb hem dus niet gekend. Mijn inmiddels overleden moeder vertelde weinig over hem, dat was te pijnlijk, maar ze hield veel van hem. Hij was 27 jaar toen hij vermist raakte. Waar hij was neergestort, wist ze niet.”

“Zomaar op een dag in 2015 werd ik gebeld door Nederlanders die zich met de uitgraving van een Short Stirling in Limburg bezighielden. Ze vertelden me dat mijn oom daar hoogstwaarschijnlijk in had gezeten. Ik was stomverbaasd, maar ook blij.”

“Via een Nederlandse Stichting die zich al jaren voor deze uitgraving sterk maakt, kreeg ik meer informatie. Om 8.13 uur in de avond van 10 september 1942 verliet dit vliegtuig de Engelse basis Oakington. Op weg naar Düssseldorf is het twee keer geraakt en het moest terugkeren, al voor het doel was bereikt. Boven Limburg is het vervolgens door een Duitse nachtjagerpiloot neergeschoten. Mijn oom bleef in het toestel om de vliegers zo veel mogelijk te helpen, denk ik, en is er daarom niet met een parachute uit gesprongen – maar dat is gissen. Ik raakte ervan overtuigd dat het goed zou zijn om zijn lichaam en dat van drie andere bemanningsleden, die vermoedelijk onder de grond liggen, netjes te bergen. Ik heb er verschillende brieven over geschreven naar de autoriteiten en de eigenaar van de grond.”

“Gespannen. Eind van deze maand reis ik er zelf heen om de plek te bezoeken. Ik zal droevig zijn, maar ook blij. U moet weten: mijn oom zat bij de Pathfinders, een eenheid die andere bommenwerpers naar hun doel leidde. Daarvoor moesten ze laag vliegen, erg gevaarlijk. Ze wisten dat hun leven in gevaar was, maar deden het toch. Mijn oom kreeg in 1941 nog een medaille voor dapperheid bij een eerdere missie, die is zelfs door koning George op Buckingham Palace uitgereikt. Deze jonge mannen brachten het ultieme offer: ze gaven hun leven voor onze vrijheid. Mijn oom ligt nog tussen de munitie in een veld. Ik vind het heel belangrijk om te helpen hem en de anderen een mooie, veilige rustplaats te geven.”

Mysterie

De luchtmacht heeft sinds de jaren zestig al zo’n 250 wrakken geborgen, maar dit is het eerste dat onder het nationale bergingsprogramma valt. Aalberts: “Wij hopen dat als alles veilig uit de grond is gehaald, wij het mysterie rond deze crash kunnen oplossen.”

Stieneke van der Graaf, Kamerlid voor de ChristenUnie, reist vrijdag met collega’s van VVD en CDA naar de crashplek. De drie partijen waren vorig jaar immers de indieners van het breed gesteunde initiatiefwetsvoorstel voor de komst van dit bergingsprogramma. Van der Graaf: “Ik zie het als een erekwestie. We doen hiermee recht aan de wens van nabestaanden. Dit is de laatste eer die we kunnen geven aan mensen die hun leven gaven in de strijd voor onze vrijheid.”

Bron: Dagblad Trouw, dd. 16 september 2019
Auteur: Harriët Salm
Beeld: Imperial War Museum London

Lees meer
4 sep 2019|ECGProjecten
Posted by Dennis Lodewijk

2 september 2019: Voorlichtingsbijeenkomst Berging Short Stirling

Afgelopen maandagavond was het zover: de voorlichtingsbijeenkomst van de gemeente Echt-Susteren waarbij geïnteresseerden konden vernemen welke stappen er ondernomen gaan worden bij de berging van de Short Stirling die in september 1942 is neergestort in Pey, bij de abdij Lilbosch te Echt.

De informatieavond, welke in Cultuurhuis Edith Stein werd georganiseerd, werd gestart door bergingsofficier van de Koninklijke Luchtmacht majoor Bart Aalberts. Hij gaf een beeld van het verloop van de geplande werkzaamheden en de wijze waarop de bergingslocatie wordt ingericht. Op de crashlocatie van de Short Stirling verwacht men naast mogelijk aanwezige stoffelijke resten van vier omgekomen bemanningsleden nog munitieartikelen, welke zich nog in (de buurt van) het toestel kunnen bevinden. Door kapitein Hans van der Zwet van EOD werd daarom een uitgebreide toelichting gegeven op de mogelijke explosieven die in het wrak kunnen worden aangetroffen en hoe die bij aantreffen geruimd gaan worden.

Tenslotte was het woord aan projectleider Coen Cornelissen van ECG Air Branch, het onderdeel van Explosive Clearance Group uit Wijchen dat zich bezighoudt met het specialistische werk dat een vliegtuigberging uiteraard is. Coen Cornelissen gaf in het afsluitende woorden een bevlogen uitleg van de berging en ging daarbij nader in op het nut en belang, alsmede de aanpak en duur van de berging. Deze uitleg werd met veel enthousiasme ontvangen. Gesteld kan worden dat iedereen met veel nieuwsgierigheid uitziet naar de bergingsperiode. Een periode die min of meer maandagavond al werd gestart.

Lees meer
28 apr 2019|ECG
Posted by Dennis Lodewijk

Een dag vol emoties: ECG Air Branch verzorgt Battlefieldtour aan Nieuw Zeelandse familie van piloot

Op zaterdag 27 april mocht ECG Air Branch een battlefieldtour verzorgen aan de Nieuw Zeelandse familie Sinclair. Doel: dochter Geal Sinclair en haar man Peter wilden in de voetsporen van haar vader, die zelf ooit als piloot van een bommenwerper boven Oost-Nederland was neergeschoten en met een parachute was afgesprongen. Om een reconstructie mee te maken kwamen de Sinclairs speciaal voor dit doel naar Nederland overgevlogen en ons afdelingshoofd en projectleider Coen Cornelissen bezorgde ze een onvergetelijke dag.

Geal Sinclair is de dochter van Raymond Henderson. Pilot Officer Raymond Henderson, destijds 25 jaar en behorend tot het No.75 Royal New Zealand Air Force Squadron, om precies te zijn. Om u een beeld te schetsen, nemen we u even mee naar een winteravond in 1943 en wel de nacht van woensdag 3 op 4 februari 1943. De nacht, dat de Royal Air Force, Hamburg ten doel had en een strijdmacht op weg stuurde van 263 bommenwerpers. Een daarvan was de viermotorige Short Stirling Mk.I BK604 AA-S van de 30-jarige Pilot Officer John McCullough uit Christchurch, de stad uit Nieuw Zeeland die we vandaag de dag, helaas, inmiddels ook vanuit een andere context kennen. En naast hem zat co-pilot Ray Henderson uit Kemmington, New Zealand.

Reeds op de heenweg ging het mis… Om exact tien minuten over acht doorbrak hoog in de lucht een knetterend vuursalvo de stilte. Hierop verscheen een lichtschijnsel in het donkere firmament en langzaam daalde deze als een razende, oncontroleerbare vuurbal, naar de aarde. Het was een brandend vliegtuig! De Stirling AA-S.

Boven het Twentse landschap had nachtjageraas Hauptmann Wolfgang Thimmig, de ‘Gruppenkommandeur’ (Squadron-Leader) van de III. Gruppe van het Nachtjagdgeschwader 1 gewacht in zijn Messerschmitt Bf.110. En op 4200 meter hoogte, van een afstand van 100 tot 50 meter, wist de nachtjager met exact 464 schoten uit de boordmitrailleurs en 32 granaten uit de 2 cm boordkanonnen de Britse bommenwerper in brand te schieten. Vanonder het plexiglazen cockpitdak konden Thimmig en zijn marconist Steckemetz waarnemen hoe de tegenstander aan zijn laatste dodenvlucht begon…

Vliegend ging het vanaf Borne richting Bornerbroek, in algeheel noordwestelijke richting. Daarna boog de machine pal westwaarts richting Enter. Ten noorden van Enter zakte de brandende luchtreus zuidwaarts, vloog gierend over Enter heen, om tenslotte boven de Goorseweg met een dreun in de lucht uiteen te spatten.

Henderson en Kimberley, een 21-jarige boordschutter uit Birmingham, landden veilig nabij Bornebroek aan de grond. Ray Henderson belandde daarbij met zijn parachute in een boom en brak enkele ribben. Meer naar het westen, bij het Twentekanaal, landde radiotelegrafist Sgt. Smith, die daarbij zijn been brak. Ook navigator Gibbes moet daar ergens neer zijn gekomen. Met bommenrichter Sgt. Terence A. Murphy uit Matamau, Nieuw Zeeland verliep het minder goed. Murphy wist nog wel zijn parachute aan zijn harnas te klikken, sprong, maar was waarschijnlijk te laat en viel te pletter ten noorden van Enter, bij het buurtschap Rectum bij ‘Busger op Vollenbroek’. Vol afschuw zagen buurtbewoners de volgende dag, hoe het stoffelijk overschot van de onfortuinlijke man, als een paal recht in de grond stond. Hij was tot zijn middel in een weiland geboord…

Ook bij het wrak was een macaber toneel van dood en verderf zichtbaar. Een van de ongelukkigen stond op de kop in een houtstapel van de houtzagerij. Zijn laarzen waren verdwenen en tot grote woede van velen werd vermoed dat die ontvreemd waren… En zo vonden vier jongemannen, zo maar op een februari nacht in 1943, de dood rondom het Twentse Enter. Het waren McCullough de piloot. Verder de 19-jarige radiotelegrafist/ schutter Paul Trevayne, de Britse boordwerktuigkundige Sgt. Francis F. Allen en tenslotte de arme Terence Murphy.

Henderson werd samen met Kimberley aangetroffen bij een boer in Bornerbroek. De politie werd gewaarschuwd en postcommandant Arts stuurde er een patrouille op af. Ook Marechaussee P. van Luinen werd opgetrommeld. “Afgelopen nacht is bij Enter een Engels vliegtuig neergestort. Bij ons thuis zijn twee overlevenden, die zo dadelijk door de Duitsers worden opgehaald.” Ogenblikkelijk sprong Van Luinen op zijn dienstfiets en zette het hem op een draf naar Arts. Daar trof hij in Bornebroek zowel Henderson als Kimberly. Voordat de twee vliegers naar Borne werden gebracht, maakte Van Luinen snel twee kiekjes van het tweetal. Daarna toog het naar het gemeentehuis van Borne en daar kwamen uiteindelijk de Duitsers die de geallieerden gevangen namen en afvoerden.

Nu hebben wij al verschillende tours en rondleidingen verzorgd in het kader van de Stirling AA-S. Bijvoorbeeld aan Max Thimmig, kleinzoon van de succesvolle Duitse nachtjager. Maar ook aan de familie Trevayne (Karen Travayne), die zelf ieder jaar naar Nederland komt. Onlangs kon Diederick ten Brinke uit Enter, zelf helemaal gespecialiseerd op de gebeurtenissen rondom deze crash, de familie Kimberly rondleidden en ook bestaan nauwe en warme contacten met Russell Murphy, de neef van de omgekomen bommenrichter.

Vandaag verzorgde ons afdelingshoofd en projectleider van ECG Air Branch Coen Cornelissen, namens Explosive Clearance Group, een tour langs alle plaatsen waar het destijds allemaal gebeurde. Geal en Peter Sinclair werden hierbij vergezeld door de gebroeders Van Luinen. Twee zoons van de oud Mareschaussee, die zelf inmiddels allang is overleden. Ook zij waren nieuwsgierig naar wat hun vader die nacht had meegemaakt. Coen werd hierbij prima geassisteerd door Diederick ten Brinke. Een door Explosive Clearance Group georganiseerde lunch in Borne bracht de emoties weer een beetje tot bedaren. Via Borne, Bornerbroek, de crashsite in Enter aan de Goorseweg, de locatie waar Murphy zijn parachutesprong zo fataal eindigde, ging het gezamenlijk naar het kerkhof aan de Appelhofstraat in Wierden. En zo eindigde een emotionele dag waardig in stilte bij de graven van een stel jonge kerels, die ooit, lang geleden – maar toch zo dichtbij – hun leven gaven voor een groot goed. Onze vrijheid! We shall remember them.

 

Lees meer
23 apr 2018|ECG
Posted by Dennis Lodewijk

Graven met explosiegevaar (Volkskrant, 23-04-2018)

De Tweede Wereldoorlog liet enorme hoeveelheden bommen en granaten achter in de Nederlandse bodem. De Explosive Clearance Group graaft ze op. `Soms ploegt een boer zijn hele leven lang over een vliegtuigbom.’

Is het een bom? Een landmijn? Of toch een granaat? Het enige wat het schrille gepiep van de magnetometer van Bas Maassen (33) garandeert, is dat hier ijzer in de grond zit. Eerder op de dag vonden Maassen en zijn collega-speurders al een lege rookgranaat- ooit gebruikt door de Duitsers om rookgordijnen aan te leggen- en een lading geweerpatronen. De gebruikelijke rotzooi groeven ze ook op: spijkers en hoefijzers. Maar dit is zeker iets anders. ‘Dit gat is twee meter diep’, zegt Maassen van onder zijn witte helm. ‘Op zo’n diepte vind je geen hoefijzers.’

Helaas: vals alarm. In de grond onder het weiland in Blitterswijck, niet ver van Venray, zit ijzeroer, een soort ijzererts. De magnetometer, die verstoringen in het magnetisch veld meet, slaat ook daarop aan. Zo voorzichtig als Maassens collega in de graafmachine het gat uitgroef vanwege het explosiegevaar, zo snel schept hij de berg zand en klei terug in het gapende gat. Soms vinden ze dagenlang enkel oud ijzer, vertelt Maassen. Tot ze ineens op een granaat stuiten en oog in oog staan met de gruwelen van de Tweede Wereldoorlog. ‘Daar doe je het voor.’

Tussen 1940 en 1945 liet het onvoorstelbare geweld tussen geallieerden en nazi’s diepe sporen achter in de Nederlandse bodem. Van de miljoenen vliegtuigbommen, mijnen en granaten die de strijdende partijen over en weer gooiden, kwam naar schatting 10 procent niet tot ontploffing: de blindgangers. Deze achterblijvers veroorzaken nog altijd problemen bij het bouwen van nieuwbouwwijken, het leggen van sporen of het verleggen van rivieren. Dat een bom bij het afwerpen niet is ontploft, houdt niet automatisch in dat het explosief niet werkt. Raakt een heipaal een ondergrondse bom, dan is de kans op een explosie aanwezig.

Om ernstige ongelukken op de bouwplaats te voorkomen, spoort het bedrijf Explosive Clearance Group (ECG) explosieven op en haalt ze op een veilige manier uit de grond, waarna ze door Defensie tot ontploffing worden gebracht. Sinds 2005 stelde het bedrijf van oprichter Frans Pas (67) meer dan 25 duizend explosieven uit de Tweede Wereldoorlog veilig. ‘We vinden ze op de raarste plekken’, zegt Pas op het kantoor van ECG in Wijchen. Langs de muur blinkt een vitrine met explosieven, propagandapamfletten en flessen bier en gin uit de oorlog. ‘Soms ploegt een boer zijn hele leven over een vliegtuigbom die 60 centimeter onder het maaiveld ligt.’

Joegoslavie
Al twintig jaar is Pas professioneel explosievenjager. De eerste jaren in loondienst voor het wegenbouwbedrijf waar hij als afdelingsleider werkte, daarna voor zichzelf met ECG. Tot 1998 was het opsporen van explosieven voorbehouden aan de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EOD). Die kwam pas kijken als er bij het graven op de bouwplaats een explosief was gevonden. Maar de aannemers, die iedere keer met een granaat in hun hand stonden, drongen steeds sterker aan op preventief zoeken.’ Tegelijkertijd nam de druk op het defensieapparaat toe door geld en tijdverslindende uitzendingen naar onder andere het voormalig Joegoslavië. Het Rijk besloot daarop de markt voor het opsporen van explosieven te privatiseren. Grote bouwbedrijven als Dura Vermeer, maar ook Rijkswaterstaat en ProRail moeten bedrijven als ECG nu inhuren als zij aan de slag willen in voormalig oorlogsgebied. Van de kosten die zij kwijt zijn aan explosievenopsporing, neemt de overheid maximaal 70 procent op zich.

Luchtfoto’s
Voor de speurders hun magnetometers uit het magazijn halen, zoeken de zeven historici die ECG in dienst heeft bij iedere opdracht uit of er überhaupt een kans bestaat dat er op een plek bommen liggen. Daarvoor raadplegen zij de miljoenen luchtfoto’s in de Nederlandse, Engelse, Schotse en Amerikaanse oorlogsarchieven. Op een groot projectiescherm laat historicus Henny van der Burgt (46) een reeks foto’s uit 1944 van een weiland met kraters zien. Op sommige foto’s is de rook van de ontploffingen nog niet opgetrokken. Van der Burgt: ‘Zien wij dat er ergens een inslag is geweest, dan weten onze veldwerkers waar ze moeten zoeken.’

De meeste explosieven liggen in Gelderland (met name in de Betuwe) en de kop van Limburg, de gebieden waar aan het einde van de Tweede Wereldoorlog de geallieerde operatie Market Garden vastliep op het Duitse verzet. Ook in steden als Enschede, dat meermaals slachtoffer werd van een vergissingsbombardement door de geallieerden, en op luchthavens als Eindhoven Airport zijn veel explosieven in de grond blijven steken. Hoe diep een bom ligt, hangt af van het gebied, zegt Pas. ‘In de zandgrond in het oosten vind je soms al op 50 centimeter bommen, terwijl een vliegtuigbom in de slappe veengrond in het westen zo 10 meter diep kan liggen.’ Als de historici vaststellen dat er zich dicht aan de oppervlakte explosieven bevinden, komen de veldwerkers van ECG in actie. Die kunnen met hun meetapparatuur tot 4 meter onder de grond reiken. Wil de opdrachtgever nog dieper de grond in, dan graven de speurders een gat en meten zij daarna verder.

Het graven doen zij eerst met de graafmachine, dan met de schep, en ten slotte met de hand – anders is het risico om het explosief te raken te groot. Is het een vliegtuigbom, dan belt Pas’ team meteen de EOD, die het explosief tot ontploffing brengt. Is het explosief kleiner, een granaat bijvoorbeeld, dan mag Pas het opslaan tot hij in totaal 10 kilo springstof heeft verzameld. De EOD komt daarna alsnog om de boel te laten ontploffen.

Ondanks het gevaarlijke werk staat de teller van het aantal ongelukken bij ECG na 13 jaar op nul. Pas: ‘Eén keer kwamen we met de schrik vrij. Bij het veiligstellen van een mijn in Bergen, een paar jaar geleden, sprong het veiligheidsmechanisme eraf. Gelukkig was de mijn te verroest en viel de slagpin er niet in, maar op zo’n moment wordt het je even wit om de neus.’

Ooit zijn alle explosieven geruimd, beseft Pas. Dan is de grond van Nederland schoon en heeft ECG geen bestaansrecht meer. Althans, als er geen nieuwe oorlog uitbreekt. ‘Eens zijn we inderdaad klaar, maar dat duurt nog zo lang. Onlangs hoorde ik iemand schatten dat nog 65 procent in de bodem zit. Dat lijkt me veel, maar er is zeker nog een hoop te doen. Ik ga het einde van de Nederlandse explosievenopsporing niet meemaken, en mijn kinderen ook niet.

Om het hele artikel uit de Volkskrant te downloaden, klik hier

Bron: De Volkskrant, 23-04-2018 (geschreven door Dion Mebius)

 

 

 

Lees meer

Categorieën

  • Nieuws
  • Projecten

Recente berichten

  • Armaex B.V. wordt onderdeel van Explosive Clearance Group BV
  • Brandstofverbruik
  • Avro Lancaster memorial flight boven Nederland: een vlucht die tot nadenken zet!
  • Biodiesel
  • Opschonen springput EODD met unieke zeef

Contactpersoon:
Dhr. Ing. R. (Richard) Jacobs
Nieuweweg 210
6603 BV Wijchen
Nederland

Postadres:
Explosive Clearance Group
Postbus 332
6500 AH Nijmegen
Nederland

Home
Over ECG
Projecten
Certificaten
Vacatures

Vooronderzoek
Risicoanalyse
Detectie
Benaderen en veiligstellen
Vliegtuigberging

© 2024 Explosive Clearance Group | Alle rechten voorbehouden | Privacy verklaring

  • English